Zorginstituut Nederland heeft een positief advies uitgebracht aan de minister voor Medische Zorg en Sport voor uitbreiding van de indicatie voor SGLT2-remmers. Het gaat hierbij om de indicatie van canagliflozine (Invokana®), dapagliflozine (Forxiga®) en empagliflozine (Jardiance®) voor de behandeling van volwassenen met diabetes mellitus type 2 met een zeer hoog risico op hart- en vaatziekten.

SGLT2-remmers zijn al onder voorwaarden opgenomen in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). Canagliflozine, dapagliflozine en empagliflozine worden vergoed voor patiënten met diabetes mellitus type 2 die niet behandeld kunnen worden met de combinatie van metformine en een sulfonylureumderivaat, die geen insuline gebruiken en die een van de SGLT2-remmers gebruiken als een tweevoudige of drievoudige behandeling in combinatie met metformine en/of een sulfonylureumderivaat. Ertugliflozine wordt vergoed wanneer de patiënt niet behandeld kan worden met de combinatie van metformine en een sulfonylureumderivaat, geen insuline gebruikt en dit middel gebruikt als een tweevoudige combinatie met metformine.

Uitbreiding indicatie
Het advies is de indicatie van canagliflozine, dapagliflozine en empagliflozine uit te breiden voor de behandeling van volwassenen met diabetes mellitus type 2 met een zeer hoog risico op hart- en vaatziekten. Dit betreft patiënten met:

  • eerder bewezen hart- en vaatziekten en/of
  • chronische nierschade met
    - eGFR 30-44 ml/min per 1,73m2 zonder albuminurie,
    − eGFR 30-59 ml/min per 1,73m2 met matig verhoogde albuminurie (ACR> 3 mg/mmol/l),
    − eGFR ≥ 60 ml/min per 1,73m2 met ernstig verhoogde albuminurie (ACR>30 mg/mmol)

 

Nieuwe richtlijn NIV/NHG
Dit voorstel is in lijn met de nieuwe gezamenlijke (concept-)richtlijn van de NIV (Nederlandse Internisten Vereniging) en het NHG (Nederlands Huisartsen Genootschap). Deze richtlijn wordt in oktober gepubliceerd.

Aantoonbare voordelen
Uit grote cardiovasculaire studies bleek al eerder dat de SGLT2-remmers canagliflozine en empagliflozine een statistisch significant effect hebben op 3p-MACE, hartfalen en nierfalen. Empagliflozine toonde eveneens een statistisch significant effect op sterfte door alle oorzaken. Dapagliflozine toonde een statistisch significant effect op hartfalen en nierfalen. Ertugliflozine toonde alleen een significant effect op hartfalen.

Meerwaarde
Zorginstituut Nederland is tot de eindconclusie gekomen dat bij de behandeling van volwassenen met diabetes mellitus type 2 met een zeer hoog risico op hart- en vaatziekten de SGLT2-remmers dapagliflozine, canagliflozine en empagliflozine een meerwaarde hebben ten opzichte van de standaard- of gebruikelijke behandeling en daarmee voldoen aan de stand van de wetenschap en praktijk. Ertugliflozine heeft een gelijke waarde ten opzichte van de standaard- of gebruikelijke behandeling en voldoet daarmee niet aan de stand van de wetenschap en praktijk. Voor ertugliflozine (Steglatro®) zal de indicatie om deze reden niet worden uitgebreid.

Rondetafel Diabeteszorg
Het voorstel tot uitbreiding is mede tot stand gekomen op initiatief van de Rondetafel Diabeteszorg. Dit is een structurele samenwerking tussen partijen die in Nederland betrokken zijn bij goede diabeteszorg ter bevordering van snellere toelating en gepast gebruik van innovaties. Betere diabeteszorg optimaal beschikbaar is het streven van de Rondetafel Diabeteszorg. Partijen die in Nederland betrokken zijn bij goede diabeteszorg nemen hieraan deel: patiëntenvereniging DVN, zorgverleners, koepelorganisatie NDF, zorgverzekeraars, farmaceuten en producenten van hulpmiddelen. Het ministerie van VWS en Zorginstituut Nederland, beheerder van het basispakket aan verzekerde zorg, nemen als waarnemer aan de deel aan de Rondetafel. Marja van Strien, directeur van de NDF, is voorzitter.

Kansrijke behandelmethodes en hulpmiddelen
Elke twee maanden bespreken de leden van de Rondetafel kansrijke behandelmethoden en hulpmiddelen die de zorg aan diabetespatiënten in Nederland verder kunnen verbeteren. Onderwerpen worden geagendeerd door zorgverleners en patiëntenorganisaties. De Rondetafel Diabeteszorg heeft geen bevoegdheid om bindende besluiten te nemen. Het gezamenlijke doel van alle aangesloten partijen is om in een zo vroeg mogelijk stadium afstemming te bereiken welke (nieuwe) kansrijke behandelmethodes en hulpmiddelen tot aanpassingen van het basispakket van verzekerde zorg zouden moeten leiden. Die kunnen hierdoor eerder bij het Zorginstituut worden aangemeld om voor toelating te worden beoordeeld.